Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Zo is het dan niets groots, indien ook zijn dienaars zich veranderen, als [waren zij] dienaars der gerechtigheid; van welke het [29]einde zal zijn naar hun werken. 29. Dat is, de eindelijke vergelding of beloning. Zie Matth.25:41; alzo wordt dit woord ook genomen 1 Petr.1:9.